Rosmeer is een oude parochie, maar hoe ver haar geschiedenis terug gaat, is ongekend. Het vroegste geschreven document over de parochie is een charter van Hendrik II, bisschop van Luik, uit 1148.
De toren van de kerk dateert wellicht uit de 12de eeuw. Waarschijnlijk deed hij eerst dienst als verdedigingstoren. In de toren bevindt zich de grafsteen van de familie de la Brassinne. Bij de restauratie in 2010 werd er eveneens een graftombe gevonden.
De rest van de kerk is veel recenter. Na de Eerste Wereldoorlog werd de toenmalige kerk te klein omdat de bevolking bleef aangroeien. Begin jaren 30 werd beslist om een grotere kerk te bouwen.
In 2004 kreeg de dwarsbeuk twee nieuwe glasramen. Het ene raam toont Sint-Pieter, de patroonheilige van de parochie. Aan de zuidzijde bevindt zich het glasraam ter ere van de heilige Bertilia. Je herkent er de elementen uit haar levensloop en van haar bedevaart in Rosmeer: het water, de doekjes op het water, de staf, het kinderhoofdje, het Bertiliaputje...
De doopvont bestaat uit een laatgotische kuip met 4 koppen en een laat-romaans voetstuk. De vier koppen verwijzen naar de vier windstreken. Zij verbeelden de vier stromen die in het aards paradijs ontsprongen en de wereld vruchtbaar maakten.