Opa: "Nu komen we aan in de wijk Saint-Roch. De oorspronkelijke oude huizen die hier stonden waren gebouwd met klei en hadden rieten daken, maar na de Tweede Wereldoorlog zijn ze bijna allemaal verdwenen. Sindsdien zijn er zo'n honderdtal huizen gebouwd, gerestaureerd of uitgebreid. Ze zijn gebouwd met lokale rode baksteen en de meeste daken zijn belegd met dakpannen.”
Lison: "Een honderdtal huizen! Zoveel!”
Opa: "Ja, er kwamen steeds meer inwoners bij, dus werden de huizen dicht op elkaar gebouwd om ruimte te besparen, zoals je hier ziet.”
Lison: "En waren er alleen maar huizen in deze wijk?”
Opa: "Nee, hoor. Aan sommige gevels zie je nog altijd dat er vroeger een café zat. Bijvoorbeeld het gebouw op de hoek daar, met op de benedenverdieping grote ramen over de volledige gevel. Aan het begin van de vorige eeuw telde Hingeon bijna 30 cafés! In die tijd wisten de dorpsbewoners hoe ze moesten feesten!”
Lison: "Was er veel ambiance?”
Opa: "Ja, de mensen maakten plezier met de familie zonder dat ze Hingeon hoefden te verlaten. Op feestdagen werd er op accordeonmuziek gedanst op het plein of in de 'estaminets'. Mijn grootouders genoten van een lokaal biertje, een glaasje 'péket' voor één frank of een hardgekookt ei dat ze aan een van de kraampjes kochten.”
Lison: "Maar ze deden waarschijnlijk meer dan alleen maar dansen en drinken?”
Opa: "Ja, natuurlijk. Er waren ook andere manieren om plezier te maken. De inwoners konden naar een toneelstuk van de twee lokale theatergroepen gaan of boeken lenen uit de bibliotheek die vroeger in de pastorie zat. Daarnaast had je ook kermissen en de fanfare. En natuurlijk waren er ook voetbalwedstrijden van de groen-witte ploeg die tijdens de Tweede Wereldoorlog werd opgericht.”
Lison: "Je grootouders hebben zich geen moment verveeld!”