In 1343 werd hier een klooster opgericht, gewijd aan de heilige Maria Magdalena van Bethanië, volgens de regel van de heilige Augustinus. Vanaf het begin was deze gemengde gemeenschap aan de zorg voor de zieken gewijd. In de loop van de tijd nam het in belang toe en om in zijn behoeften te voorzien verwierf het een groot aantal gebouwen voor agrarische doeleinden. De gemeenschap werd zeer succesvol. Het heeft echter veel te lijden gehad van de bezetting van zijn installaties door de talrijke oorlogstroepen die in de 17e eeuw door de streek trokken. Daarom moesten de kloostergebouwen en de bijgebouwen van de boerderij in 1715 worden herbouwd. De gebouwen werden tot een majestueus geheel herbouwd en verfraaid. Het renaissanceportaal, dat de hoofdingang vormde, is daar vandaag nog het bewijs van. Het klooster werd in 1783 door de keizer Jozef II opgeheven en alle gebouwen werden verkocht. De kapel en het klooster werden in 1785 verwoest en het eigendom werd verbouwd tot boerderij. In het begin van de 20e eeuw moesten veel Franse religieuze gemeenschappen Frankrijk verlaten. Sommigen vonden een schuilplaats in België. Dit was het geval voor de kloosterzussen van Brest, die de boerderij konden terugkopen. Ter compensatie van de verdwijning van de kapel werd de oude schapenstal uit de 14e eeuw, die zich in de linkervleugel bevindt, tot een nieuwe kapel omgebouwd. In de loop van de 20e eeuw leidde het gebrek aan religieuze roepingen tot een geleidelijke afname van het aantal zusters, zodat de laatste Zusters Lens in 1956 verlieten. Met uitzondering van de kapel en de bijgebouwen werd het goed vervolgens te koop aangeboden en sindsdien wordt het voor landbouwdoeleinden en als woonhuis omgebouw. Van dit uitgestrekte complex is alleen de linkervleugel van het klooster nog toegankelijk voor het publiek. De Romaanse kapel van de Karmelieten, waarvan de zuilen van blauwe steen uit de 14e eeuw dateren, kan naast het oude portaal worden bewonderd.