De vestiging van een molen op deze plaats is zeer oud. De oudste vermeldingen erover hebben betrekking op de weg die wij zojuist hebben afgelegd. Het werd vroeger "li voye de Molhen" genoemd, een Germaanse term die de vestiging van een molen tijdens de Frankische periode aanduidt. In ieder geval wordt er al in de 13e eeuw melding van een molen gemaakt. De molen, die in 1465 door de Luikenaars werd verwoest, werd enkele jaren later heropgebouwd en kreeg de naam "neuf moulin" (nieuwe molen). Tijdens de Middeleeuwen was de molen eigendom van de hertog van Brabant. Vanaf de 16e eeuw werden de inkomsten van de molen tussen de hertog en verschillende leenheren verdeeld. Het werd aan molenaars, meestal voor 3 jaar verhuurd. Het laatste huurcontract dat in het Algemeen Archief van het Koninkrijk wordt bewaard, is afkomstig uit 1659 en geeft aan dat het huis net verbouwd is. De L-vormige gebouwen die vandaag de dag te zien zijn, komen voor een deel uit de 18e eeuw. In 1869 werd het molenrad verhoogd en vergroot. De fabriek werd in 1949 definitief stilgelegd. Het werd in 1988 door het echtpaar Dardenne gekocht, dat het grondig liet restaureren. De reddingsoperatie werd uiteindelijk in mei 1990 voltooid. In de molen en alle bijgebouwen is nu de collectie ijzerendozen ondergebracht die mevrouw Yvette Dardenne in de loop der jaren heeft opgebouwd. Het omvat nu meer dan 58.000 gelithografeerde blikken, waarvan de oudste uit de jaren 1868 afkomstig is.