Opa: "Zie je al die velden, Lison ?”
Lison: "Wow, er zijn er zoveel!”
Opa: "Dat komt omdat we in Haspengouw zijn. Haspengouw is een natuurgebied in het midden van België waar je enkel velden ziet voor zover het oog reikt en heel weinig bossen. De streek wordt ook wel de graanschuur van België genoemd omdat de leemachtige bodem ideaal is om gewassen te telen.
In Meeffe worden enorm veel bieten geteeld. Die industrie creëerde veel werk voor mannen en vrouwen, zowel op het land vóór er tractoren werden gebruikt, als in de fabrieken waar de bieten werden geraspt en suiker werd geproduceerd.”
Lison: "Wordt suiker gemaakt van bieten?”
Opa: "Ja, en met die suiker maken we confituur, chocolade en nog veel andere producten.”
Lison: "Allemaal in Meeffe?”
Opa: "Gedeeltelijk wel, ja. En het was dankzij de lokale trein dat er honderden kilo's bieten naar de suikerfabrieken in de streek konden worden vervoerd. Daarvoor moest dat allemaal met de kar gebeuren.
Wist je trouwens dat er vlakbij een suikerfabriek was, in Ambresin?”
Lison: "Nee.”
Opa: "Vandaag zijn er nog maar een stuk of 15 suikerfabrieken in Wallonië, waaronder de beroemde fabriek van Tienen. De trein is ondertussen vervangen door enorme kiepwagens die gemakkelijk de weg op kunnen.”