De Saint-Amandkerk werd in de 13e of 14e eeuw gebouwd met Doornikse steen. Ze werd aangepast in de 15e eeuw en uitgebreid tussen 1772 en 1774. In 1910 werd ze gerestaureerd door C. Sonneville die ook tekende voor de neogotisch gevel.
De kerk bestaat uit een portaal geflankeerd door een cirkelvormige traptoren en een veelhoekig bijgebouw. Het schip telt twee traveeën waarvan enkel de eerste zijbeuken heeft. Deze laatste werden verbouwd in 1910, samen met de gevel. In het schip ontdekt men zes zuilen in Doornikse steen. Dat is het oudste gedeelte van de kerk. Het schip heeft een plat plafond in hout uit de 20e eeuw. Het transept steekt verder uit aan de westkant. Het koor heeft een vijfdelige apsis met spitsbooggewelven met baksteenvulling. De ribben eindigen op prismatische lampvoeten versierd met hoofden van engelen. Aan de zuidkant van het koor paalt een neogotische sacristie.
In het interieur vallen de grafstenen, de gebrandschilderde ramen en de doopvont op.
Geklasseerd op 14-09-1934