Het huis van de vicaris is de oude refuge van de abdij van Saint-Rémy. In 1750 kwam het gebouw in handen van de heer van Lulange, Laurent le Jeune, vervolgens werd het eigendom van de familie Martial om uiteindelijk, in 1777, toe te horen aan de weduwe van Pierre de Labeville.
Het gaat om een gotisch rechthoekig gebouw uit de eerste helft van de 16e eeuw. De drie niveaus zijn opgetrokken met vierkante blokstenen. De rechtse gevel heeft twee kruisvensters met een bovendrempel in de vorm van een accolade. Men merkt ook een kleine rondboog nis op, een deur met een rechte bovendrempel en een venster met een uitgesneden bovendrempel uit het midden van de 18e eeuw. De gevel aan de achterzijde telt twee traveeën met kruisvensters en een gebogen bovendrempel uit de 18e en 19e eeuw. De gelijkvloerse verdieping toont sporen van vensteropeningen die later werden dichtgemetseld (bovendrempel in accoladevorm, ontlastingsboog). Het huis van de vicaris is bekroond met een hoog zadeldak in leisteen en een oplanger.
Er valt nog te noteren dat op een van de hoeken van de voorgevel een vierkante toren staat uit de 18e eeuw. Het interieur omvat onder meer een schoorsteen in natuursteen uit de 17e eeuw en andere elementen uit de 18e eeuw (deuren, trap, schoorsteen).
Geklasseerd als monument op 06/01/1983