Gebouwd in 1957 op initiatief van de heer en mevrouw Lambert-Poskin, die destijds in de aangrenzende boerderij bewoonden. De boerderij werd in het begin van de 17e eeuw vermeld onder de naam Marlaire.
De Rue de la Carrière dankt zijn naam aan de kalksteengroeves die aan het einde van de 19e eeuw nog een dertigtal arbeiders tewerkstelden. De steengroeven werden gebruikt om asblokken, puin, veebakken, walsen en grafmonumenten te hakken. De grootste groeve was die van Jules Dotreppe, wiens naam nog steeds gegraveerd staat op het fronton van het huis op 15, rue de la Chasse.