Prieuré de Meillerie

In Meillerie werd in de Middeleeuwen een priorij gesticht door de reguliere kanunniken van Saint-Augustine, als onderdeel van het Grand Saint-Bernard hospice. De site is beschermd als historisch monument.
De priorij van Meillerie, gesticht rond 1130, wordt voor het eerst vermeld in 1154. Ze werd gesticht door reguliere kanunniken van Sint-Augustinus, die al snel deel uitmaakten van de congregatie van Grand Saint-Bernard in de 12e eeuw. In de jaren 1220 werd de priorij volledig herbouwd en versterkt. Het werd het centrum van een grote religieuze en wereldlijke heerlijkheid en de hoofdresidentie van de provoost, de hoofden van de congregatie. De priorij werd in 1752 opgeheven.

Hoewel een deel van de middeleeuwse gebouwen in de 19e eeuw werd verwoest, kan de gotische kerk van de priorij nog steeds worden bewonderd, evenals de verdedigingstoren (omgebouwd tot klokkentoren) en een deel van de woning, die nog steeds mooie gotische deuren heeft.

In het hart van de priorij bevinden zich in een oude gerestaureerde zaal die bekend staat als de "Salle du Logis du Prieuré" archieven over dit historische monument en over de geschiedenis van het dorp Meillerie - de vissers, de steengroeven en de boten, maar ook over de beroemde schrijvers die de bijzonderheden van het dorp hebben beschreven, waaronder Jean-Jacques Rousseau in La Nouvelle Eloise.